Joris had van zijn spaarcenten gloednieuwe Zandstra klapschaatsen gekocht. En met die schaatsen wilde Joris iets goeds doen. Een sponsortocht voor Syrië. Joris had daarom bij iedereen in de straat een kaartje in de bus gedaan. Of ze geld wilden geven voor ieder rondje dat hij zou schaatsen.
De meesten van zijn buurtgenoten wilden wel meedoen en voor Joris het wist had hij 20 sponsoren die één euro per rondje wilden betalen. En zo kwam het dat Joris samen met zijn buurman en een paar andere buurtgenoten naar Heerenveen toog om in Thialf zijn ronden voor Syrië te schaatsen.
Nu had Joris in geen jaren meer geschaatst, maar het is zoals Joris altijd zei: ‘Jong geleerd, oud gedaan.’ Bovendien waren dit Zandstra schaatsen, en die zijn van goede kwaliteit. En het waren klapschaatsen; daarop kun je nog harder dan op gewone schaatsen.
Toen Joris zijn schaatsen had ondergebonden en voorzichtig ging staan haalde hij opgelucht adem dat alles goed ging en hij schaatste naar de baan. Maar nog voor Joris de baan bereikte ging het fout. Zijn linkerbeen gleed naar links en zijn rechterbeen gleed naar rechts. En voor hij het wist stonden zijn benen te wijd uit elkaar om zijn voeten nog op te kunnen tillen.
Tergend langzaam gleed Joris in een spagaat. Joris voelde hoe zijn spieren en pezen onder zijn kruis scheurden. Joris schreeuwde het uit van de pijn. Er werd een ambulance gebeld om Joris naar het ziekenhuis ‘de Tjongerschans’ te brengen waar Joris werd opgelapt alvorens hij in een rolstoel werd gezet en weer naar huis kon.
Je begrijpt, Joris had geen cent bijeen geschaatst voor Syrië. Bovendien maakte Joris al zijn eigen risico voor zijn zorgverzekering in een keer op en dat viel nog duurder uit dan zijn schaatsen. Om de schade te beperken verkocht Joris zijn Zandstra schaatsen voor een habbekrats. De buurtvereniging, die medelijden had met Joris besloot ook een steentje bij te dragen en stuurde hem een bloemetje met ‘word snel weer beter.’