Joris wordt dakloos

Geplaatst: 2 augustus, 2015 in Fictie

Joris vroeg de woningcorporatie om een nieuw huurhuisje, liefst een beetje voordelig. Helaas waren alle betaalbare huurhuisjes, op het huisje waar Joris uit moest vertrekken na, al verkocht. Joris kreeg een aanbod om het huisje te kopen. Helaas voor Joris wezen alle banken de door Joris aangevraagde hypotheek af.

Daar stond Joris dan, op de stoep, hij keek nog even naar de poster in het raam: ‘Te koop.’ Al wat Joris bezat was een fiets, een koffertje met wat kleren en andere spulletjes en zijn herinneringen. Joris pinkte een traantje weg. Joris had in de buurt nog gevraagd of hij bij iemand kon wonen, maar niemand gaf thuis, Joris stond er alleen voor.

Joris fietste naar mijnheer pastoor, misschien dat hij kon helpen in zijn uur van nood. Mijnheer pastoor gaf Joris een adres voor daklozenopvang, een plek waar hij kon slapen en ontbijten, mits hij niet te dronken was. De opvang was in de stad, een plek waar Joris zelden kwam, een plek waar hij zich niet op zijn gemak voelde.

Joris parkeerde zijn fiets en wandelde de opvang binnen en vroeg om een slaapplek met ontbijt. De mevrouw bekeek Joris eens goed en knikte goedkeurend: ‘Goed.’ Joris kreeg een bonnetje als bewijs dat hij er mocht slapen en ontbijten. Zijn fiets mocht hij op een speciale plek in de opvang parkeren. Helaas was zijn fiets inmiddels gestolen; Joris moest het voorlopig zonder een tweewieler doen.

Die nacht, in de slaapzaal, hoorde Joris veel gekuch en gehoest. Ook het aantal scheten dat er gelaten werd waren niet voor de poes. Joris sliep die nacht slecht en onrustig, hij droomde van zijn vader die hij dood in zijn bed vond, met zijn ene hand aan zijn geslacht en in zijn andere hand een seksboekje. Joris schrok wakker, het beeld van zijn dode vader wilde hem niet loslaten. Joris durfde zelfs niet meer te masturberen uit angst dat hij dan een hartaanval zou krijgen: ‘Wat zouden de mensen daarvan zeggen?’

Toen Joris de volgende ochtend opstond ontdekte hij dat zijn schoenen weg waren, net als zijn broek, beurs, jas en bloes. Schaars gekleed wandelde Joris naar de vrijwilligster die bezig was met het ontbijt voor de daklozen en vroeg om hulp. Ze schudde het hoofd en bekeek zijn lijf eens goed alvorens ze het Leger des Heils belde om kleren voor Joris.

Een paar uur later stond Joris weer buiten, met een briefje voor de gemeente en gekleed in kleren die muf roken. Joris had niets meer, maar gelukkig kon hij met het briefje geld krijgen. Joris kreeg een speciaal kaartje waarmee hij een keer per week wat geld kon halen. Net genoeg voor een boterham. Joris was nu echt dakloos en huilde als een klein kind. Maar er was niemand die hem hoorde; Joris had als kind al geleerd zachtjes te huilen.

reacties
  1. janny schreef:

    Triest verhaal nu er zoveel Jorissen zijn.

  2. Darling Doormat schreef:

    Plus ça change, plus c’est la même chose.

Geef een reactie op janny Reactie annuleren